Ankeiler: Vitesse staat volgende week vrijdag opnieuw voor de Arnhemse rechtbank omdat het bang is dat de KNVB de proflicentie intrekt. Dan zou de club ophouden te bestaan.

- Vitesse staat volgende week vrijdag opnieuw voor de Arnhemse rechtbank omdat het bang is dat de KNVB de proflicentie intrekt. Dan zou de club ophouden te bestaan. De zaak voor het Gerechtshof dient op 7 april en geldt als hoger beroep van het eerder verloren kort geding over stadion GelreDome.

Dat bevestigt een van de advocaten van Vitesse. "Vitesse heeft nieuwe argumenten waarmee we hopen het Hof naar een ander oordeel te bewegen. De belangen voor de club zijn heel erg groot", zegt advocaat Amiel namens Vitesse.

De eredivisieclub, zwaar geteisterd door financiële, bestuurlijke en sportieve zorgen, dreigt zonder stadion te komen als het niet voor 11 april duidelijkheid kan verschaffen aan de KNVB. Die deadline is door de voetbalbond min of meer gesteld.

Clubs moeten ruim voor het begin van een nieuw seizoen kunnen aantonen dat ze de beschikking hebben over een stadion en die zekerheid heeft Vitesse al een tijdje niet meer. In een brief benadrukken de advocaten van de voetbalclub de historie en de grote belangen voor werknemers en supporters.

Speelrecht waarschijnlijk van tafel

De Arnhemse club verloor in februari een kort geding en heeft ook al twee zittingen in een bodemprocedure over het eeuwigdurend speelrecht achter de rug. In de motivering van het kort geding stelde de rechtbank vrij duidelijk dat het recht om altijd in GelreDome te kunnen blijven spelen waarschijnlijk niet meer bestaat. Pas volgende maand volgt in de bodemprocedure een uitspraak. Maar dat is voor de Arnhemse club te laat.

Vitesse moet vrezen voor haar voortbestaan. De Arnhemse club komt met stadioneigenaar Michael van de Kuit maar niet tot een nieuwe huurovereenkomst, al leek die er al wel een paar keer te zijn. Van de Kuit stelde onlangs echter eerst nog met de gemeente Arnhem te willen praten, omdat die ook partij zouden zijn in de kwestie. Vitesse ontkent dat. De zakenman vindt dat er 'nieuw beleid en nieuwe mensen' bij de club moeten komen.

In 2018 werd door Vitesse zelf de huur opgezegd omdat de club die met een jaarlijkse som van meer dan twee miljoen euro te hoog vindt. Het contract loopt nu in oktober af. Het was anders met nog eens twintig jaar verlengd.

Deadline van 11 april

De KNVB is gebaat bij continuïteit in het betaald voetbal, maar stelt in een brief wel keihard dat Vitesse moet aantonen dat het ook volgend seizoen in GelreDome kan spelen omdat diezelfde continuïteit dan in gevaar zou kunnen komen. Daarin bevestigt advocaat Amiel van Vitesse de datum van 11 april.

"Daarom is het voor Vitesse goed nieuws dat het Hof ook spoed ziet en dit turbospoedappèl heeft ingepland. Vitesse heeft een groot belang bij een arrest van het Hof waarin wordt vastgesteld dat zij ook komend seizoen in GelreDome kunnen spelen."

Vitessse heeft nu goedkeuring van het Gerechtshof gekregen om op 7 april met nieuwe argumenten te komen. Deze zogeheten turbospoedbehandeling begint om 09.30 uur. "In die tussentijd blijven de partijen nog wel in constructief overleg", besluit de advocate.

'Morgen meer voortgang over contract'

Vitesse zegt het turbospoedappèl te hebben aangevraagd uit voorzorg. "Voor het geval dat de partijen onverhoopt niet tot een akkoord komen", zegt de woordvoerder. "Vitesse en de stadioneigenaar zijn nog steeds constructief en intensief in overleg om tot een overeenkomst te komen. Ook tijdens het weekend hebben partijen dag en nacht doorgewerkt. Op dit moment is onze verwachting dat we morgen (dinsdag, red.) voortgang kunnen boeken met betrekking tot het opstellen van het contract."

Onder druk van de slepende kwestie stapte Stichtingsvoorzitter Henk Parren al op. Vorige week verdween ook algemeen directeur Pascal van Wijk van het toneel. Hij heeft zich officieel ziek gemeld. In de Raad van Commisarissen zit alleen nog een bevriende Rus van Valery Oyf die zijn aandelen ter beschikking stelde vanwege de oorlog in Oekraïne. Wie nu volgende week namens Vitesse aanschuift bij de rechtszaak is niet duidelijk.